De auteursrechten en het copyright-logo kennen we allemaal, maar welke rechten heeft de maker in het digitale tijdperk? En hoe mag de gebruiker digitaal materiaal hergebruiken? Daar ging in de kern de bijeenkomst van donderdag 8 mei over, georganiseerd door de SURF Digital Rights Expertise Community (Surf direct). Tijdens de presentatie is de uitkomst van een onderzoek, een conceptrapport en een advies voor het hoger en universitair onderwijs gepresenteerd.
Uit het onderzoek bleek dat het delen en hergebruiken van digitaal onderzoeks- en onderwijsmateriaal geaccepteerd lijkt te zijn. Opvallend is wel dat de wens om materiaal van anderen te gebruiken groter is dan de bereidheid om zelf materiaal beschikbaar te stellen.
Als gebruiker van digitaal materiaal wil je weten wat je wel en wat je niet met het materiaal mag doen. We kennen het auteursrecht, maar die stamt uit 1912 en is historisch achterhaald. Bijna 100 jaar geleden was het niet gebruikelijk om individueel te publiceren. Nu is dat wel anders. Daarom is het auteursrecht in het internettijperk vaak niet afdoende. Je wilt immers meer met de informatie kunnen doen, zonder steeds toestemming te moeten vragen aan de auteur. Hergebruiken bijvoorbeeld.
Surf heeft alle licenties bekeken en een advies uitgebracht. Een belangrijke voorwaarde daarbij was het gemak voor zowel de maker als de gebruiker. Zij mogen niet lastig gevallen worden met allerlei restricties. De meest geschikte licentie, volgens het advies, is: de Creative Commons naamsvermelding 3.0 Nederland Licentie. In plaats van een copyright-logo plaatst de maker het By-logo. Op basis van deze licentie mag een gebruiker een werk kopiëren, verspreiden en doorgeven en afgeleide werken aken en distrubueren onder voorwaarde van naamsvermelding van de maker. Deze licentie staat toe dat commercieel gebruik en afgeleide werken vrij zijn toegestaan.
donderdag 8 mei 2008
Abonneren op:
Posts (Atom)