dinsdag 4 maart 2008

Workshop 'Digitale leerobjecten in de Onderwijskunde

Aan de Universiteit van Utrecht worden leerobjecten intensief ingezet bij de cursus 'Ontwerpen van leersituaties'. Gijsbert Erkens vertelt. In eerste instantie was het de bedoeling om meer los te komen van het studieboek. Dat vond Gijsbert te klassiek en te beperkt. Zijn vraag was: "Hoe kun je kennis eenvoudiger en op verschillende manieren overdragen?" Het gaat bij de inzet van leerobjecten binnen de cursus om het verrijken van de theorie en het aanbieden van kennis vanuit de ideeën van multiple representations. Zo kun je leren vanuit een boek, maar ook via een interview met een ontwerper, een samenvatting, een puzzel of van mede-studenten. Gijsbert noemt de cognitieve flexibiliteitstheorie van Spiro (1988) als wetenschappelijke inspiratiebron. Het aanbieden van leerstof zorgt voor een betere beklijving (verankering) van kennis.

Soorten leerobjecten
Binnen de cursus wordt een variatie aan digitale leerobjecten gebruikt voor de theorie, het ontwerp en als verdieping.

Theorie:
- weblectures
- Videofragmenten colleges
- Samenvattingen van de literatuur
- Voorbeeldtentamen

Ontwerp:
- Video interviews
- Podcasts van ontwerpers
- Puzzel van het ontwerptraject

Verdiepend:
- Links naar relevante websites
- Collegereeks David Merrill

Als didactisch model voor de cursus is het 4C/ID model van Van Merriënboer gekozen. Een element daaruit is dat je als student informatie krijgt op het moment dat je dat nodig hebt, just in time.

Gijsbert gaat verder met drie stellingen:
1. Met leerobjecten leer je niet meer, ook niet beter, maar anders
2. Ieder nieuw leerobject verhoogt de studiebelasting van de student
3. Alleen leerobjecten met een persoonlijk verhaal zijn motiverend (narratief)

Resultaten
De cursus is in Blackboard ingericht. In het onderzoek is gekeken naar de best bekeken leerobjecten:
- sheets met samenvattingen (81%)
- puzzel onderwijskundig ontwerpen (50%)
- interviews met deskundigen (47)

Studenten vinden de leerobjecten vooral van belang bij het voorbereiden van het tentamen. 86% van de studenten vindt de leerobjecten zinvol!

Aanbevelingen
Met leerobjecten is meer kwaliteit en diepgang mogelijk;
De techniek moet wel werken;
Het is belangrijk dat leerobjecten geïntegreerd aangeboden worden met hoorcolleges, dus:
- tijdig aanbieden
- tijdens de hoorcolleges terugkomen op de leerobjecten;
Maak onderscheid in kern en aanvullende content;
Sluit meer aan tijdens het hoorcollege bij de leerobjecten;
Neem de verwerking van de leerobjecten op in het tentamen.

Flexibele curricula met digitale leerobjecten

Jan Rasenberg van de Hogeschool Rotterdam vertelt over een project waarbij de nadruk lag op de ontwikkeling van digitaal leermateriaal en hoe je die flexibel inzet. Onder flexibele curricula verstaat Jan het variëren van leerobjecten in een andere onderwijssetting. De boodschap van Jan: ‘Richt je op de ontwikkeling van losse kennisobjecten en laat de didactische inbedding over aan de docent.’

Voordelen van deze aanpak:
De rol van de docent is niet het ontwikkelen, maar meer als begeleider. Wanneer goed bruikbaar digitaal leermateriaal beschikbaar is, zijn zij prima in staat om na te denken over de best didactische inzet.

Door je enkel te richten op losse kennisobjecten houd je het flexibel. De objecten zijn in diverse onderwijssettings te gebruiken: van zelfstandig leren en projectmatig werken tot volledig docent gestuurd. De kennisobjecten zijn didactisch neutraal. Bewust.

Docenten zitten niet te wachten op een opgelegde strategie of een verplichte didactiek.
Didactisch neutrale objecten zijn gemakkelijk te integreren in Blackboard. Daar vindt de didactische inbedding plaats.

Jan laat een filmpje zien van David Merrill, goeroe op het gebied van leerobjecten. Dit filmpje bracht hem op het idee van de kennisobjecten in plaats van leerobjecten. Merrill maakt dit onderscheid Hij spreekt pas van een leerobject wanneer losse kennisobjecten en strategie-objecten samen komen. De kennisobjecten stelt de Hogeschool Rotterdam beschikbaar via de e…lo (N@tschool) en via http://www.studentennetwerk.nl/lero/natuurkunde/kennisbank/index
De didactische ondersteuning heeft bewust geen plek in de kennisbank gekregen. Die wordt door de individuele docent toegevoegd via de ELO. Denk aan een moduleboek, een handleiding, een forum, etc.

Vragen
Gedurende het project kregen de projectleden veel vragen. Jan geeft een selectie:
- Wat zit er in de kennisbank?
- Hoe groot zijn de leerobjecten?
- Welke didactische uitgangspunten zijn gekozen?
- Welke leerstrategie wordt toegepast?
- Hoe toets je het leerresultaat?

Volgens Jan allemaal hele legitieme vragen, maar vanuit de bewuste keuze om te gaan voor didactisch, neutrale kennisobjecten niet te beantwoorden.

Toegang tot digitale content van uitgevers

De derde spreker vertelt over een samenwerkingsverband van Surf Foundation die het mogelijk maakt om zonder gedoe met passwords toegang te krijgen tot digitale content van alle uitgevers. Meer informatie op: http://federatie.surfnet.nl/ Surf Foundation geeft voorlichting op locatie en biedt hulp aan de ICT-dienst.

Excellent Research - digitaal leerobject

De tweede spreker vertelt over een van de digitale leerobjecten van HB Uitgevers, ‘Excellent Research’. Studenten leren zelfstandig om onderzoek te doen. Ze kunnen kiezen voor twee routes, vanuit de theorie (Hoe doe ik onderzoek? of vanuit de praktijk (het uitvoeren van onderzoek). Eerst denken of eerst doen. Van heel lineair naar non-lineair. Beide routes zijn mogelijk, afhankelijk van de leerstijl van de student. Studenten zijn positief. Zij waarderen de duidelijke structuur, maar ook dat je daarbinnen een eigen route kunt kiezen die past bij jouw leerstijl.

125 digitale leerobjecten van HB Uitgevers

De eerste workshop tijdens het Innovatium werd georganiseerd door HB Uitgevers. Zij hebben 125 leerobjecten ontwikkeld die toegankelijk zijn via hun eigen digitale leeromgeving van Threeships. Studenten loggen in en kunnen tegen betaling een online module volgen. Een overzicht van de digitale leerobjecten is te vinden via http://www.hbuitgevers.nl/elo
AMBM heeft inmiddels een tiental digitale leerobjecten besteld om ervaring mee op te doen.

De eerste spreker noemde een drietal motieven om met digitale leerobjecten aan de slag te gaan:
1. Efficiëncy
- Digitale leerobjecten zijn voor een grote groep studenten toegankelijk;
- Met behulp van digitale leerobjecten is het onderwijsleerproces flexibeler in te richten.

2. Onderwijsinhoud verrijken
- Digitale leerobjecten maken didactisch meer mogelijk, door gebruik te maken van video, simulaties, games, beroepssoftware
- Dividu maakt digitale (peer-) feedback mogelijk

3. Motivatie
- De student wil multi-mediaal werken in samenwerking met anderen
- De docent is in staat om zijn aanbod te verrijken, zich meer te richten op de ondersteuning van competenties en de toepassing.

Innovatium 2008

Vandaag zijn een aantal collega's van Avans aanwezig geweest bij het Innovatium in congresgebouw De Doelen in Rotterdam. De titel van het congres 'Dwarsbalken en Zichtlijnen. Bouwen aan Onderwijsvernieuwing'. Eén van de zichtlijnen was het delen van content. Het onderwerp sluit perfect aan op het project 'Digitale Learning Content' waar in de pilotfase JHS, AM en AGZ aan meedoen. Gedurende de dag heb ik een aantal hele goede en bruikbare workshops bijgewoond. In onze eLearnblog doe ik verslag van deze opstekertjes...